Overslaan en naar de inhoud gaan

Geen terugkeer naar de formule Claeys

Deze pagina delen

Op 26 oktober 2023 keurde de Kamer het wetsontwerp houdende diverse arbeidsbepalingen goed. 

Eén van de bepalingen van het wetsontwerp waarnaar het meest uitgekeken werd, was de rechtzetting van eerdere wetgeving, namelijk de wet van 20 maart 2023 tot wijziging van de Wet Eenheidsstatuut, die ongewild als gevolg zou hebben gehad dat de formule Claeys opnieuw moest worden toegepast. 

We lichten het hieronder toe. 

Waarom was die rechtzetting nodig?

De wet van 20 maart 2023 heeft de zogenaamde dubbele foto regeling geschrapt voor ontslagnames door de werknemer. Deze wijziging treedt in werking op 28 oktober 2023.

Op ontslagnames zijn vanaf dan enkel nog de wettelijk vastgelegde opzeggingstermijnen van toepassing, ongeacht de datum van indiensttreding. Dat betekent dat zowel voor werknemers die in dienst zijn getreden vóór 1 januari 2014 als zij die nadien in dienst zijn getreden, de opzeggingstermijn bij opzegging door de werknemer, maximaal 13 weken bedraagt. Dat is zo, aangezien de Wet Eenheidsstatuut ondertussen meer dan 8 jaar geleden in werking is getreden (zie Ezine).

Tot zover is de aanpassing door de wet van 20 maart 2023 logisch. De bedoeling was immers om bij opzegging door de werknemer in alle gevallen de maximale termijn van 13 weken niet te kunnen overschrijden. 

Maar door slordig wetgevend werk bleek plots dat ook voor hogere bedienden die in dienst waren vóór 1 januari 2014 opnieuw onderhandeld zou moeten worden over (deel 1 van) de opzeggingstermijn nadat de opzegging gegeven is of dat de rechter deze moet vaststellen, met een herleving van de formule Claeys als gevolg. De bedoeling van de Wet Eenheidsstatuut was net om dit te vermijden. 

Rechtzetting

Het wetsontwerp maakt hiermee dus komaf en bepaalt nu dat: “Voor de bedienden van wie het jaarlijks loon 32.254 euro overschrijdt op 31 december 2013, wordt die termijn, in afwijking van het tweede lid, vastgesteld op een maand per begonnen jaar anciënniteit bij opzegging door de werkgever, met een minimum van drie maanden, tenzij op die datum van 31 december 2013 een geldige clausule inzake de opzeggingstermijn bestaat, in welk geval toepassing wordt gemaakt van die clausule.

De wetgever heeft er dus ook aan toegevoegd dat het forfait van 1 maand per begonnen jaar anciënniteit niet geldt als er een geldige opzeggingsclausules op 31 december 2023 bestaat. Daarmee heeft de wetgever de tekst van artikel 68, lid 3 Wet Eenheidsstatuut in lijn gebracht met de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof. De tekst bepaalt niet dat de opzeggingsclausule gunstiger moet zijn dan de toepassing van de Wet Eenheidsstatuut, zodat er geen reden is om aan te nemen dat ongunstige clausules niet mogen worden toegepast.

Het wetsontwerp moet nog worden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. De inwerkingtreding is voorzien op 28 oktober 2023, niet toevallig dezelfde dag waarop de wet van 20 maart 2023 in werking treedt. Zo wordt vermeden dat er nog discussie bestaat. 

Good to know: U hoeft als werkgever niets aan te passen aan uw ontslagbeleid. Wanneer de werknemer opzegt, is de maximale opzeggingstermijn 13 weken.

Auteurs