Regering legt loonnorm voor 2025-2026 vast op 0%

Nadat de sociale partners zelf geen akkoord konden bereiken over de maximale marge van de loonkostenevolutie voor de jaren 2025-2026, heeft de regering bij Koninklijk Besluit van 12 september 2025 beslist dat deze maximale marge – de zogenaamde loonnorm – voor de jaren 2025-2026 gemiddeld maximum 0% bedraagt, net zoals het geval was voor 2023-2024. Het KB is op 22 september 2025 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en is op diezelfde datum in werking getreden.

De door dit percentage uitgedrukte loonnorm bepaalt in welke mate de gemiddelde loonkost van een onderneming gedurende een periode van twee jaar mag stijgen en is erop gericht de internationale concurrentiepositie van België ten opzichte van de buurlanden te vrijwaren.

Met het Koninklijk Besluit van 12 september 2025 bevestigde de regering het door de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven voorgestelde percentage van 0% voor de jaren 2025-2026. Concreet betekent dit dat de gemiddelde loonkost binnen een onderneming in deze jaren niet mag stijgen. Individuele loonsverhogingen blijven nog steeds mogelijk, zolang de gemiddelde loonkost binnen de onderneming maar niet stijgt. Ook loonstijgingen ten gevolge van indexeringen en baremieke verhogingen worden niet gevat door de loonnorm, net zoals bepaalde loonelementen, zoals de cao 90 bonus.

Ondernemingen die deze loonnorm niet respecteren kunnen (althans in theorie) gesanctioneerd worden met administratieve sancties. Daarnaast kunnen overeenkomsten die met deze loonnorm strijdige loonsverhogingen bevatten nietig worden verklaard door de rechtbank. Ondernemingen doen er bijgevolg goed aan de evolutie van hun loonkost voor de jaren 2025-2026 op te volgen. Nochtans stellen wij in de praktijk vast dat er geen prioriteit is om eventuele inbreuken te bestraffen. Eén van de redenen daarvoor is dat het zeer moeilijk is om een inbreuk vast te stellen.

Uit het regeerakkoord blijkt dat de automatische indexering en loonnorm behouden blijven maar aan de sociale partners worden gevraagd om tegen 31 december 2026 een advies uit te werken over de hervorming daarvan.